All good things come to an end..

Hallo allemaal,

Een paar dagen geleden ben ik na een mooie reis over de oostkust van Australië weer in Melbourne aangekomen. Ik heb het ontzettend leuk gehad met Anna en Rachel en we hebben veel mooie dingen gezien.
Nadat ik de laatste keer geschreven heb in Brisbane zijn we op maandag verder gereisd naar Surfers Paradise, op de Gold Coast. Surfers Paradise zelf was niet echt mooi, het was meer een soort uitgaansstad voor middelbare scholieren, die ze hier ‘schoolies’ noemen. Een beetje Lloret de Mar/Blanes/Albufeira-achtig. Het was anderhalf uur reizen vanaf Brisbane met het openbaar vervoer dus qua het was goed te doen. Maar op dat moment kom je er pas achter hoe goed het openbaar vervoer in Nederland eigenlijk is.. Het was zo onduidelijk om te vinden welke trein we moesten hebben, en we zijn allemaal gewend om met het openbaar vervoer te reizen thuis.. Uiteindelijk zijn we goed aangekomen en hebben we geluncht in het hardrock café. Daarna zijn we rustig door de stad gelopen en hebben we de zee gezien. ’S Avonds hebben we gegeten met mensen uit het hostel, dat was heel gezellig! Hostels zijn niet mooi, er is meestal geen airconditioning en je moet je kamer delen met anderen, maar het is wel echt een leuke manier om andere backpackers en studenten te leren kennen.
Gold Coast staat bekend om de attractieparken, dus daar moesten we natuurlijk een bezoekje brengen ☺ Dinsdag zijn we naar Movieworld geweest. Daar zijn vooral achtbanen en dat soort attracties, wat ik ontzettend gaaf vind! Het was ontzettend warm die dag, eigenlijk een beetje te warm, maar nog steeds heel erg leuk. Woensdag zijn we naar Wet ’n Wild geweest, waar vooral glijbanen zijn. Dat was beter met de hitte!
De dag erna hebben we een dag bij het zwembad gehangen, gekaart en gerelaxt en ’s avonds zijn we de stad in gegaan voor sushi.
Vrijdag zijn we naar het derde en voor ons laatste attractiepark geweest, Sea World. ’s Ochtends toen we opstonden regende het keihard, maar het weer in Australië kan letterlijk met de minuut omslaan, dus toen we een half uur later wilden vertrekken was het hartstikke zonnig en gewoon een mooie zomerdag. Ik vond Sea World veel leuker dan ik van tevoren gedacht had. Ik ben over het algemeen niet zo’n fan van dieren, en Sea World is eigenlijk een groot aquarium. Er zijn allerlei zwembaden met dolfijnen, zeeleeuwen, zeehonden en roggen. We zijn naar een dolfijnenshow en een zeeleeuw-show geweest, en dat was heel erg leuk om te zien. Er was ook een bad waar je de roggen kon aanraken. Dat voelde heel gek, een beetje glad en slijmerig.
Zaterdag om 6 uur ’s ochtends werden we opgehaald om op weg te gaan naar Fraser Island. Fraser Island is het grootste zandeiland ter wereld, het is 120 km lang en ongeveer 24 km breed. Dingo’s (hondensoort) leven daar in het wild en daar moet je wel voor opletten. Op sommige plekken op het eiland mag je niet kamperen en je mag niet over het strand rennen, want dan wordt het jachtinstinct van de dingo getriggerd als hij je ziet. Als een dingo iemand ziet rennen, rent hij daar achteraan en ze zijn heel snel! We zijn naar lake Birrabeen geweest, een meer dat is ontstaan door regenval op het eiland en op sommige plekken wel 12 meter diep is! Hier mochten we ook in zwemmen, wat wel lekker was na bijna 5 uur in de bus. Fraser Island is een zandeiland, maar er zijn ook meren en een regenwoud. We hebben een route gelopen door het regenwoud. Het was heel indrukwekkend, maar omdat we al een aantal keer in een regenwoud geweest waren, was het minder speciaal. Niet omdat het niet mooi was, maar omdat we het al gezien hadden, en de eerste keer maakt het toch veel meer indruk. ’s Avonds hebben we met de mensen uit de bus naar de sterren gekeken. De gids wist er ontzettend veel over te vertellen, ook dingen die ik niet wist. We konden deze keer de Melkweg niet zien, omdat het bijna volle maan was dus het was veel te licht. Toen ik op Phillip Island was heb ik die wel gezien. Op het zuidelijk halfrond kun je een veel groter deel van de Melkweg zien dan op het noordelijk halfrond, en je kunt er ook veel meer sterren zien. We hebben op Fraser Island geslapen, en de volgende ochtend vroeg op weg naar Indian Head konden we in een klein 6-persoons vliegtuigje het eiland vanuit de lucht bekijken. Dat was ontzettend gaaf! Soms kun je vanuit het vliegtuig ook haaien spotten in de zee. Die heb ik helaas niet gezien. Rond Fraser Island komen veel tijgerhaaien en stierhaaien voor, die gevaarlijk zijn voor mensen. Over het algemeen zijn Australiërs helemaal niet zo bang voor haaien maar hier surfen zelfs zij niet! Na de vlucht zijn we in de bus doorgereden naar Indian Head, een uitzicht punt op Fraser Island. Vanaf hier heb ik wel een paar schildpadden in de zee zien zwemmen. Daarna zijn we naar een scheepswrak op het eiland gegaan, wat heel mooi was maar we hadden al een scheepswrak gezien en er al omheen gesnorkeld op Moreton Island, dus weer minder indrukwekkend. Als laatste op het eiland zijn we naar Eli Creek geweest, een kleine zoetwater rivier op het eiland waarin je kunt zwemmen. Het was mooi maar we hadden hier iets meer van verwacht omdat het best ondiep was (het water kwam soms maar tot kniehoogte). Daarna moesten we alweer van het eiland af..
De volgende dag zijn we naar het Aboriginal center geweest. Dat was een cadeau dat ik had gekregen voor mijn verjaardag van mijn vriendinnen hier. We hebben met een gids een route gelopen door een gebied waar Aboriginals vaak verbleven en vandaag de dag soms nog steeds. Het was ontzettend interessant, want in Australië zijn ze helemaal niet trots op wat er met de Aboriginals is gebeurd en praten ze er liever niet over. Onze gids komt zelf ook uit een Aboriginal familie. Dit hadden we niet verwacht omdat hij een blanke huid had. Dit komt door de overheid, omdat die jaren geleden het Aboriginal ‘ras’ letterlijk heeft uitgezuiverd door Aboriginal mensen kinderen te laten krijgen met mensen uit het westen, zodat ze geen donkere huidskleur meer hebben. Dat schijnt op grote schaal gebeurd te zijn (kwam ik vandaag achter in het immigration museum). Maar ook nu nog steeds komt het voor dat als Aboriginal mensen een huis krijgen van de overheid, ze alleen een huis krijgen, wat betekent; zonder watervoorziening, elektriciteit en het vuilnis wordt niet eens opgehaald. Ik kan nog steeds niet begrijpen dat Australiërs zo trots zijn op alle verschillende culturen in het land en alle immigranten, maar hun eigen oorspronkelijke bewoners zo verwaarlozen.
De laatste twee dagen in Surfers Paradise zijn we naar het strand geweest. De golven zijn daar zo ontzettend hoog! Ik snap wel dat mensen daar surfen, maar zwemmen is soms bijna onmogelijk en echt wel gevaarlijk omdat de stroming zo sterk is..
Op donderdag zijn we doorgereisd naar Byron Bay. Dit is echt een ultieme hippiestad. Toen we aankwamen zaten er mensen in een kring op de grond te zingen, gewoon op straat! Er lopen zoveel mensen op blote voeten, hebben dreadlocks en baardjes, en tijd speelt echt geen rol daar. Ik denk dat ik dit achteraf toch wel een van de leukste bestemmingen vond, omdat het zo anders is. Ik wist niet dat plaatsen zoals deze nog echt bestonden! We waren hier maar voor twee dagen maar dat was meer dan genoeg. We zijn de trappen opgeklommen naar het meest oostelijke punt in Australië, en hebben we onze ogen uitgekeken in Byron en het nog net iets extremere stadje Nimbin vanwege de vreemde mensen. Zaterdag hebben we de nachtbus genomen naar Sydney in de welbekende Greyhound bus. Zondag in Sydney hebben we rondgelopen in Darling Harbour en een dag geboekt naar de Blue Mountains. In Sydney sliepen we niet een in hostel, maar in een klein appartementje dat we geboekt hadden via Airbnb. Eindelijk onze eigen slaapkamer en een badkamer en keuken die we niet hoefden te delen! Het voede echt als ultieme luxe.
Maandag hebben we gewinkeld in Pitt Street, een van Sydneys winkelstraten en zijn we naar de net geopende Sephora geweest. Er was al veel kerstversiering in de stad. Op Martin’s Place stond een kerstboom, was er een koor aan het zingen en werden er chocolaatjes uitgedeeld. Het was heel gezellig daar, het is echt een eng idee dat een paar dagen later daar in het Lindt café een gijzeling heeft plaatsgevonden.
Die avond zijn we naar Ikea gegaan, omdat er in het Ikea restaurant een typisch Zweeds ‘Julbord’ was. Dat houdt in dat ze een Zweeds kerst-buffet hadden met allerlei hapjes die ze in Zweden eten met kerst. Omdat Anna uit Zweden komt kon ze Rachel en mij hier van alles over vertellen, dat was heel erg leuk (en lekker :D)!
Dinsdag zijn we op de hop-on-hop off bus in Sydney geweest richting Bondi Beach. Bondi Beach zelf viel mij een beetje tegen. Vergeleken met alle andere mooie stranden in Australië, is Bondi maar klein (800 meter) en is het helemaal niet zo fantastisch mooi.. We hoorden helaas achteraf pas dat er een ‘coastal walk’ in Bondi is vanaf waar je ontzettend mooi uitzicht hebt over de zee. Dat hebben we helaas gemist.
Woensdag zijn we weer op de hop-on-hop off bus gestapt en hebben we het bekende Opera House en de Harbour Bridge gezien. Dat was heel erg leuk om te zien, dat ken ik alleen van fotos en tv, het was heel speciaal om daar in het echt te zijn.
Donderdag gingen we naar de Blue Mountains, het natuurlijke buitengebied van Sydney. We hebben hier de ‘three sisters’ gezien, wat een van de bekendste plekken is in de Blue Mountains. Daarna zijn we naar een grot geweest, dat was heel erg mooi. Het was geen supermooi weer maar wel een hele leuke dag.
Vrijdag zijn we naar Chinatown geweest, wat eigenlijk maar klein is in Sydney. ’s Avonds hebben we nog twee andere meiden die we in Melbourne hebben leren kennen gezien. Dat was heel erg grappig!
Zaterdag zijn we naar een toeristenmarkt geweest en hebben we rondgelopen in de wijk ‘the Rocks’, vlakbij de Harbour Bridge. ’s Avonds moesten we Sydney alweer verlaten en gingen we in de nachtbus terug naar Melbourne.
Terugkomen in Melbourne voelt een beetje als thuiskomen. Je kent de stad al, je weet waar alles is en het komt allemaal bekend voor. Dat is fijn maar heel erg gek! Onze laatste dagen in Melbourne zijn we naar onze favoriete brunch restaurantjes geweest, we hebben de laatste kerstcadeautjes gekocht en onze koffers opgehaald. We hebben geprobeerd om in de kerststemming te komen door naar een kerstcircus te gaan, maar ondanks dit en alle versieringen in de stad voor de feestdagen is dat erg moeilijk met dit weer.. Gisteravond heb ik afscheid genomen van Anna en Rachel. Dat was zo heel gek en niet leuk. Nu ben ik hier in Melbourne nog met Anne-Laure, wat ook heel gezellig is. Vanmiddag zijn we naar het immigration museum geweest en ik wil morgen graag nog naar Sea Life, het aquarium in Melbourne. Misschien gaan we nog naar de film en ’s avonds gaan we (voor mij) voor de laatste keer uit eten in Melbourne. Want zaterdag vlieg ik terug naar Nederland. Ik zie jullie dus gauw weer!

Liefs Sophie